Gebouwd 1864
Architect G.B. Salm
Opdrachtgever Algemeene Maatschappij voor Handel en Nijverheid
Afgebroken 1896 (doorbraak Raadhuisstraat)
1853 : LL 222 (huisnummer 1853-1875)
1808 : 41 2235 (verpondingsnummer)
1796 : 41 298 (kleinnummer)
1732 : 41 2228 (verpondingsnummer)
Kadast: E 4610 (kadaster oud)
Deze mahoniekamer is gebouwd tussen 1745-1748 door de rijke koopman Matthijs Beuning [1707-1755] en zijn vrouw Catharina Oudaen[1704-1764]. Hij erft het huis in 1744 van zijn moeder Geertruijd van den Bosch [1689-1744]. Hij laat een nieuw achterhuis bouwen dat ook over de volledige breedte van het naastgelegen huis 187b en 189a, het koetshuis, doorloopt. Keizersgracht 189a is het koetshuis voor huisnummer 187a. Matthijs Beuning is een vooraanstaand lid van de hernhutters, een religieuze broederschap met later een bijeenlomstzaal op Herengracht. Vermoedelijk organiseert hij in deze kamer de samenkomsten van de Amsterdamse Hernhuttergemeente. Het schoorsteenstuk heeft een religieus onderwerp: het Bijbelse verhaal over de bekering en doop van de kamerling. Tropisch mahoniehout wordt rond 1745 in Nederland nog niet veel gebruikt. Een kamerbetimmering van dit hout is dan ook een grote zeldzaamheid. Het hout is gebeeldhouwd in de rococostijl, die ook is toegepast voor de marmeren schoorsteen en het stucplafond. Het bovendeurstuk, toegeschreven aan Jurriaan Andriessen, is later in de 18de eeuw aan de kamer toegevoegd.
Als u opmerkingen of aanvullingen hebt op de tekst hierboven, wilt u dan ook het huisnummer erbij vermelden.
Uw e-mail adres wordt alleen maar gebruikt om eventueel op uw opmerkingen te reageren.
Foto's of andere informatie vande panden kun u ook zenden naar info@amsterdamsegrachtenhuizen.info.