Keizersgracht 187

<- 185 Keizersgracht                 Panorama                  Keizersgracht 189 ->

Keizersgracht 187-187a, Tekening Philips Caspar

Keizersgracht 187-187a, Tekening Philips Caspar

Keizersgracht 187, pand voor de doorbraak van de Raadhuisstraat

Keizersgracht 187, pand voor de doorbraak van de Raadhuisstraat in 1895

Keizersgracht 187 (afgebroken 1896)

Gebouwd           1864
Architect            G.B. Salm
Opdrachtgever    Algemeene Maatschappij voor Handel en Nijverheid
Afgebroken        1896 (doorbraak Raadhuisstraat)
1853 : LL 222    (huisnummer 1853-1875)
1808 : 41 2235  (verpondingsnummer)
1796 : 41 298    (kleinnummer)
1732 : 41 2228  (verpondingsnummer)
Kadast: E 4610  (kadaster oud) 

Keizersgracht 187 schilderij

Jan de Groot (1733-1801) en zijn familie, geportretteerd voor zijn huis. Amsterdam Museum.

Jan de Groot, boekverkoper en kunstverzamelaar

De koper was opvallend genoeg niet De Groot[1733-1801], maar zekere Nicolaas Gefken, voor 55.500,- gulden. Hij verkoopt de woning echter vier jaar later wel door aan de zittende huurder, Jan de Groot. Jan laat in 1781 door Jurrian Andriessen behangsels maken. Hiervan zijn nog enkele dingen over, zoals twee vrouwenfiguren boven de deuren en twee verschillende ontwerpen. Wanneer de behangsels verdwenen zijn en waar ze  gebleven zijn is onbekend. In 2013 verwierf het Rijksmuseum twee levensgrote grisailles van vrouwenfiguren, waarvan één doek is gesigneerd en in 1786 gedateerd door Jurriaan Andriessen. Deze hebben met grote zekerheid ook in deze kamer gestaan.

 

Als De Groot in 1801 overlijdt, wordt een zeer uitgebreide boedelinventaris opgemaakt. We kunnen hieruit opmaken welke vertrekken het huis toen had, te weten: voorvliering, eerste vliering, tweede zolder, voorkamer, achterkamer, zijkamer, binnenkamer, gang, de koepel, bovenste waszolder, klein bovenkamertje, tweede waszolder, vierde kleine bovenkamertje, meidenkamer, ‘kamer van de overleedene’, ‘jufvrouwskamer’, de gele kamer, de trap, kleine zaal, grote zaal, eetkamer, keuken, benedengang, wijnkelder, kelder, meidenkamer. Tot slot worden genoemd de tuin en het tuinhuis.

Het was voorwaar geen kleine bedoening…

Verbouwing tot één pand

 

In 1863-1864 komt op de plaats van vijf historische panden aan de Keizersgracht het kantoor voor de Algemeene Maatschappij voor Handel en Nijverheid, ontworpen door G.B. Salm, waarbij een aantal waardevolle salons in het bouwplan zijn ingepast. Hierdoor worden de mahoniekamer, de orgelzaal en een trap gespaard. Er komt een nieuwe gevel, die de oude vijf gevels vervangt, waaronder de twee naastliggende pakhuizen. Het voorhuis van Keizersgracht 187 wordt samengevoegd met koetshuis boven de poort en met het belendende pand, maar erachter ligt al de grote salons. De ernaast gelegen pakhuizen worden erbij getrokken, waardoor er een monumentaal pand met twee ingangspartijen ontstaat (nr. 187- 189). In 1879 koopt de vereniging ‘het Burgerziekenhuis’  is er het Burgerziekenhuis onder leiding van A.W.C. Berns, hierin gevestigd met 45 bedden. Het ziekenhuis is bedoeld voor bedoeld voor “ambtenaren, kantoorbedienden, knappe ambachtslieden en dienstboden”. Al na twee jaar moet het ziekenhuis uitbreiden naar het naastliggende pand. En in  1892 verlaat het ziekenhuis weer het gebouw om het nieuwe ziekenhuis aan de Linnaeusstraat.

 

Sloop en het tentoonstellen van de Beuningenkamer

In 1896 worden de panden aan de Keizersgracht 185 t/m 201 gesloopt ten behoeve van de doorbraak voor de Raadhuisstraat. De houten betimmering én stucplafond van mahoniekamer, het trapportaal en onderdelen van de keuken worden eruit gehaald en door het Stedelijk Museum verworven. De mahoniekamer is als een stijlkamer in het Stedelijk Museum opgebouwd als onderdeel van de collectie. Dit Stedelijk Museum dat is gebouwd om daarin onder andere de collectie van Mevrouw Lopez Suasso-de Bruyn tentoon te stellen, die dan voor een deel bestaat uit de veiliggestelde interieurs uit de gesloopte huizen van de doorbraak voor de Raadhuisstraat. Deze komen dan te staan in de "Suasso" vleugel.

Omstreeks 1975 werd de mahoniekamer en het trapportaal, net als alle andere stijlkamers gedemonteerd, in tientallen kratten verpakt en in het museumdepot opgeslagen, totdat in 2001 onderdelen van het interieur door het Rijksmuseum in bruikleen werden gevraagd voor de tentoonstelling Rococo, Nederland aan de zwier. Toen werd het idee geboren om de mahoniekamer in zijn geheel op te bouwen als stijlkamer in de nieuwe permanente opstelling van het Rijksmuseum. Na een uitvoerige restauratie in het depot in Lelystad is de kamer overgebracht naar Amsterdam en is sinds 2013 te bewonderen in het Rijksmuseum.

 

Bronnen o.a. familiedeclercq.nl, amsterdammuseum.nl en ons Amsterdam

 

 

Lomankaart buurt LL, links 1865 en rechts uit 1892-1903, aangeleverd bij uitgever J.C. Loman jr. Links de huisnummering uit 1853-1875. Rechts zwart staat de huisnummering van 1875 gedrukt, in rood zijn de de kadastrale nummers bijgeschreven. Oriëntatie: noord boven.

Hebt u aanvullingen of wilt u meedoen?

Als u opmerkingen of aanvullingen hebt op de tekst hierboven, wilt u dan ook het huisnummer erbij vermelden.

Uw e-mail adres wordt alleen maar gebruikt om eventueel op uw opmerkingen te reageren.

 

Foto's of andere informatie vande  panden kun u ook zenden naar info@amsterdamsegrachtenhuizen.info.