Een oorspronkelijk 5,70 m. breed winkelhuisje met houten puntgevel, luifel en pothuisje, dat in 1629 toebehoort aan Leonaerd Stopmes, wellicht de bouwer die Het Stopmes in de gevel geplaatst heeft.
Dit 'houten getimmerte' is in strijd met de keur en zodoende enkel in gebruik als werk- of opslagplaats.
Zo hangt er in 1685 De Jonge Schoenmaker uit en is het in de 18de eeuw in gebruik bij glazenmakers, o.a. in 1703 bij Marrinus Breman en Gerard van Lemmich en in 1767 bij Jan de Groot.
Pas in 1781 komt het in handen van Boudewijn Cuperus, die het voor zich tot woonhuis laat vernieuwen.
In 1909 in opdracht van J. Alderse Baes, makelaar, door G.W. Bideveld Oldewelt voorzien van een grote erker, platte stoep, bepleisterde gevel en een plat dak met primitieve lijst.
Als u opmerkingen of aanvullingen hebt op de tekst hierboven, wilt u dan ook het huisnummer erbij vermelden.
Uw e-mail adres wordt alleen maar gebruikt om eventueel op uw opmerkingen te reageren.
Foto's of andere informatie vande panden kun u ook zenden naar info@amsterdamsegrachtenhuizen.info.