De drie woonhuizen Keizersgracht 606-608-610 zijn in 1732 gelijktijdig gebouwd door Jan van der Streng, elk met een koetshuis in de Kerkstraat. Ze komen in de plaats van de huizen die Daniel Stalpaert omstreeks 1670 heeft gebouwd en waarvan het meest rechter huis, Keizersgracht 610 ook door hem is bewoond.
De door Jan van der Streng in 1732 gebouwde huizen vormen een drieling met de halsgevel, zoals in het grachtenboek van 1767 goed te zien is. Maar Keizersgracht 610 heeft deze top verloren. Keizersgracht 608-606 vormt misschien wel de grootste halsgevel-tweeling van Amsterdam. De halsgeveltop, gemaakt door Ignatius van Logteren in Lodewijk XIV-stijl heeft een rijk versierde gebogen lijstafdekking met kuif, een cartouche rond de hijsbalk en gedeelde klauwstukken. Dit type klauwstukken is kenmerkend voor het tweede kwartaal van de 18de eeuw. Op de tekening uit het grachtenboek van 1767 blijkt dat de drieling versieringen met putti boven de deuren had, vergelijkbaar met die van Singel 390 (uit 1698).
In 1880 komt het huis met de stal, voor zes paarden, en de bovenwoning aan de Kerkstraat 185 op de veiling en wordt verkocht voor f 55.000,- voor het huis en f 14.000,- voor de stal. Het wordt gekocht door F.T. Gorlitz, mogelijk een tussenpersoon. Later gaat de familie Meder erin wonden, zij komen van Keizersgracht 70. J.J. Meder overlijdt in april 1898 en zijn vrouw wordt in juli onder curatele gesteld. Op 14 november komt het huis weer op de veiling bij Franscatie voor f 35.000,- en voor 10.000,- het koetshuis, maar het wordt niet verkocht. Maar op 4 april 1899 wordt het huis gekocht door de arts Abraham van der Velden[1853-1922]. Het is niet duidelijk of dit met koetshuis is gekocht.
De panden hebben een fraai interieur. Dit pand heeft een gang met schijndeuren, stucwerk en trapbalusters uit de bouwperiode en een zaal met een heel bijzondere plafondschildering met kinderfiguurtjes uit 1899 van Piet Mondriaan [1872-1944] dat in opdracht van de arts Abraham van der Velden. De plafondschildering betreft een vroeg werk van deze schilder, die vooral bekend is als een pionier van de abstracte en non-figuratieve kunst . Zie zijn veel bekendere puur abstracte doeken met rechte lijnen en kleurvlakken. Daarvan is in Keizersgracht 608 nog niets te bespeuren! Onder de putti bevindt zich in het midden het hoofdje van het kindje van de opdrachtgever. Zie hiervoor ook het tabblad "plafond Mondriaan", met foto's. De arts is dan gehuwd met zijn tweede echtgenote Cornelia Maria Elisabeth van Aalst[1862-1923] en heeft drie kinderen, Herbertus François [*1885], Anna Dorothca [*1889] en Hendrik [*1896]. Later, in 1903 is hier het jongste kind, Elisabeth Magdalena Maria geboren. In november 1905 verhuist de familie naar de van Eeghenstraat 106.
Dan koopt Dr. Cornelis Johannes Karel van Aalst het huis, hij woont erin tot rond 1912, als hij hij Herengracht 502 koopt. daarna staat het te huur. Rond 1923 wordt het verhuurd aan Handels en Crediet Associatie en nog andere kantoren, waaronder Warburg & Co en de Nederlandsche Crediet- en Handelsvereniging N.V. In 1924 is er een aanvraag voor woningontrekking namens van Aalst zodat er kantoren ik kunnen komen. In 1936 laat de Handels en Crediet Associatie een versterkte, meer brandveilige kelder aanleggen in het souterrain van het achterhuis als huurder.
Het huis blijft in gebruikt als kantoor voor veel bedrijven, die er ook hun jaarvergadering houden, dit vermoedelijk in de tuinzaal met het plafond van Piet Mondriaan. In 1950 komt er een Duits bureau in voor de effectenzuivering.
Als u opmerkingen of aanvullingen hebt op de tekst hierboven, wilt u dan ook het huisnummer erbij vermelden.
Uw e-mail adres wordt alleen maar gebruikt om eventueel op uw opmerkingen te reageren.
Foto's of andere informatie vande panden kun u ook zenden naar info@amsterdamsegrachtenhuizen.info.