Leidsestraat 57
Leidsestraat 24
P. M. Broekmans vestigt zich in 1881 vanuit Den Haag in de Huidenstraat, waar hij zijn kleermakerszaak start. De zaken gaan voorspoedig, zodat hij in 1883 naar een ruimere behuizing aan de Leidsestraat 57 verhuisd. In 1892 volgt een volgende verhuizing naar de vernieuwde winkel Leidsestraat 24, een fraai pand in neorenaissancestijl, dat door de architecten G.A. van Arkel en W. Wilkens is ontworpen. In 1897 wordt het nogmaals verbouwd om meer ruimte te creëren. Ook dit pand is al snel weer te klein. Dit pand wordt na de verhuizing naar het nieuwe pand op het Koningsplein te huur of te koop aangeboden in mei 1905.
Op 1 december 1903 komen op de veiling Herengracht 439 en Koningsplein 16. Bij opbod is hiervoor ƒ 120.350,- vastgesteld, Herengracht ƒ 105.000,- en Koningsplein 16 voor ƒ 15300 + ƒ 50, maar worden niet verkocht. In maart 1904 komen nu Herengracht 439 en ook Koningsplein 16, 18 en 20 op de veiling, maar ook dit wordt niet verkocht voor ƒ 232.000,-. De huizen zijn later uit de hand verkocht, dat wil zeggen dat de huizen buiten de veiling om samen of apart zijn verkocht, waarbij de veilingprijs natuurlijk een goede indicatie geeft wat het dan waard is. Uiteindelijk komt Herengracht 439 en ook Koningsplein 20 voor ƒ 100.000,- in handen van Broekmans. Het winkelhuis Koningsplein 20 en 16 zijn dan nog in gebruik bij het herenmode- en hoedenmagazijn van A.F. Herbermann. In het hoekpand Herengracht 439 zit nog de NV Zilver-, goud- en diamanthandel v/h Hoeker & Zoon.
Hoeker & Zoon vertrekt naar Herengracht 435 en F.A. Herbermann bouwt op Koningsplein 16 en 18 weer een nieuw pand, ook ontworpen door de architect A. Jacot, zie ook Koningsplein 12-14.
Uit een artikel in de Tijd van 1904 blijkt dat het oorspronkelijk de bedoeling was om alleen het onderpui van Herengracht 439 te moderniseren. Maar dat blijkt toch niet te voldoende te zijn en er is uiteindelijk door de architect Oldenwelt een nieuw winkelpand ontworpen. Er is wel het een en ander behouden van de oude panden, zoals bouwmuren, een deel van het trappenhuis en een kamer die als paskamer wordt gebruikt. Deze kamer, in Louis XVI stijl, is ook geheel gerestaureerd, zoals gemeld in “Het nieuws van de dag” van 5 mei 1905. Ook wordt er vermeld : “Al is het uiterlijk van dit kledingmagazijn nu niet bepaald fraai te noemen, in alle geval is het practisch”. De bouwheer is vermoedelijk zuinig omgegaan met de bouwuitgaven. De enige versiering is de kroonlijst met balustrade op het dak, die nu, 2018, weer hersteld is. In eerste instantie worden de hoogste etages verhuurd als kantoor, waaronder aan de Levensverzekering “De Standaard”. In december 1907 wordt er daar nog ingebroken en daarna ook bij Broekmans.
In verband met het gebruik bij nieuwe winkels van de grote glazen ruiten zijn er nieuwe brandweereisen gekomen. Er moeten nu in de winkel brandkranen komen en tussen de winkelruimte en de etalage electroglas geplaatst worden. Dit laatste omdat de brandweer vreest dat ze door de grote ruiten niet veilig bij de brand kunnen komen, voordat deze gesprongen zijn. En dat ze dan pas kunnen gaan blussen. Dit vooral voor de hoger gelegen etages, in verband met vallend glas.
De afbraak en van de oude panden en de nieuwbouw duurde drie en een halve maand, in die tijd was . Op woensdag 3 mei kunnen de klanten er weer terecht.
In 1905 krijgt Broekmans ook een telefoonaansluiting op de gemeentecentrale met het nummer 5882.
Maar in de loop der jaren wordt de winkel van Broekmans weer te klein. Ze gaan ook uitrustingen voor Oost- en West-Indië verkopen. Er is ook een catalogus van verkrijgbaar, waaruit er besteld kan worden en het bestelde wordt u toegezonden. Zo verwerft Broekman in 1908 de order voor de levering van uniformen voor de Rijks-Verzekeringsbank. Ook importeerde hij stoffen voor het maken van maatkostuums.
Eind november 1914 is de uitverkoop voor de komende verbouwing, waarbij het huidige gebouw een aanpassing krijgt en het naastgelegen pand van F.A. Herbermann, Koningsplein 16-18 erbij wordt getrokken. De winkel van Herbermann uit 1905 wordt alweer afgebroken. De gevel wordt in de zelfde stijl doorgetrokken, naar ontwerp van de architect A. Jacot en A. Zinsmeister . Maar het ontwerp is toch enigszins afwijkend. Ook wordt de nieuwbouw gekoppeld aan het andere deel, vermoedelijk omdat het dan goedkoper te realiseren is. De eerste twee etages zijn voor de verkoop, de derde, is voor de ateliers, waar een 40 tal werksters zitten. Ook krijgt het nieuwe deel een eigen ingang en etalage aan het Koningsplein.
De liquidatie in 1928
Blijkbaar verlopen de zaken naderhand minder gunstig of omdat de erven van Petrus Broekmans er vanaf willen, in het ieder geval wordt het gebouw in 1917 voor ƒ 500.000 verkocht aan de NV Mij tot exploitatie van het Kleedingmagazijn Nieuw Engeland en de meubileerinrichting De Phoenix (die in 1911 ook het pand Herengracht 446 heeft gekocht en er een korte tijd de meubelzaak Phoenix in heeft) onder directie van Johannes Paulus Marinus Dietz en Hendrik Dietz. Ook wordt In 1918 de Verenigde Kleeding Magazijnen opgericht, samengesteld uit Nieuw Engeland, inclusief Broekmans en Hollenkamp & Co. Maar de winkels blijven onder eigen werken, de winst moet uit de gezamenlijke inkoop komen. Het gezamenlijke bedrijf VKM wordt in oktober 1919 naar de beurs gebracht door Amsterdamsche Bank en de Twentsche Bank.
Maar voor Broekmans gaan de zaken blijkbaar te moeizaam, de winkel wordt per 1 januari 1928 samengevoegd met Nieuw-Engeland. Tussen 21 november en 10 december 1927 is er uitverkoop en wordt de winkel gesloten en de winkelruimte gaat in de verhuur. Er komt de winkel van C.A. Volk in te zitten, die van Herengracht 435 hier naar toe komt. Maar niet voor lang, dan verhuist de winkel C.A. Volk weer naar het Leidseplein 1 – 2.
Als u opmerkingen of aanvullingen hebt op de tekst hierboven, of mee wilt helpen met het aanvullen van de site, kun u deze hieronder vermelden. Uw e-mail adres wordt alleen maar gebruikt om eventueel op uw opmerkingen te reageren. Foto's kun u ook zenden naar info@amsterdamsegrachtenhuizen.info.