Keizersgracht 65 (woonhuis)
Keizersgracht 508 (winkel/woonhuis met zijn afbeelding)
Pieter Corneliszoon Hooft (Amsterdam, 16 maart 1581 - Den Haag, 21 mei 1647) is een Nederlandse geschiedkundige, dichter en toneelschrijver. Hij kan beschouwd worden als een van de grondleggers van een serieuze literaire cultuur in het Nederlandse taalgebied, naar het Franse en Italiaanse voorbeeld. Na een reis door Europa studeerde hij rechten in Leiden. Hooft werd een exponent van de renaissance in Nederland en had humanistische ideeën.
Hooft stamt uit het Amsterdamse regentengeslacht Hooft en is de zoon van Cornelis Hooft, die tal van functies in het bestuur van Amsterdam bekleedde, onder andere als burgemeester. Hij was familie van Louis de Geer, Andries Bicker, Cornelis de Graeff en Johan de Witt.
In 1598 wordt Pieter Corneliszoon Hooft op 17-jarige leeftijd door zijn vader, zoals gebruikelijk was met zonen uit gegoede families, op educatieve reis naar Frankrijk en Italië gestuurd. De bedoeling hiervan is dat hij zich gaat voorbereiden op een toekomstige handelscarrière. De jonge Hooft raakte tijdens zijn reis echter dermate gefascineerd door de kunst van de Italiaanse renaissance, dat hij de rest van zijn leven hoofdzakelijk aan het beoefenen van kunst gaat wijden. Niettemin voltooide hij tevens een rechtenstudie aan de universiteit van Leiden en wordt in 1609 als eerste niet-edele aangesteld als drost van Muiden en baljuw van het Gooiland.
Hooft is tweemaal getrouwd geweest. In 1610 trouwt hij met Christina van Erp, die in 1624 op 32-jarige leeftijd overlijd nadat eerder vier kinderen zijn gestorven. Na haar dood hertrouwt Hooft in 1627 met deAntwerpse weduwe Leonora Hellemans (1595-1661). Na Hoofts dood koopt zij het pand op Keizersgracht 65, dat het echtpaar al jaren had bewoond.
Hooft overlijdt in Den Haag, waar hij op dat moment was vanwege de begrafenis van Frederik Hendrik van Oranje.
Hooft is lid van de Amsterdamse rederijkerskamer de Eglentier die In Liefde bloeyende als zinspreuk had. Ook daar dringen de vernieuwingen van de literaire renaissance door. Hooft is er ongetwijfeld dan al mee in aanraking gekomen. Maar pas tijdens zijn grand tour leerde hij de nieuwe poëzie echt kennen.
Hooft is drost en kastelein van Muiden, baljuw van Naarden en Gooiland en hoofdbaljuw en dijkgraaf van Weesp, Weesperkarspel en Hoog-Bijlmer. Hij woont gedurende 40 jaar in het Muiderslot, bij het huidige Muiden Vesting. Mede dankzij Hoofts toedoen is het Muiderslot dan een plek geworden waar kunstenaars en geleerden geregeld bijeenkomen. Om het sociale en culturele leven aldaar te stimuleren worden bijzondere mensen geïnviteerd, die veelal geïnteresseerd zijn in literatuur en wetenschap. Zo ontstaat de Muiderkring, al moet bij deze benaming - uit de 19de eeuw - worden bedacht dat hier eerder sprake was van incidentele ontmoetingen dan van geregelde samenkomsten. Na het laatste feest aan het einde van de zomertijd nemen ze van elkaar afscheid met de groet "tot in de pruimentijd", hiermee de volgende zomer bedoelend. Bij deze vriendenkring hooren onder anderen:
Hooft gebruikt zijn toneelstukken om zijn gematigd-orangistische staatkundige opvattingen te uiten. Hij houd er een neo-stoïcijnse, humanistische levensbeschouwing op na, zonder een religie te belijden. Hooft is dan ook geen lid van welke kerk dan ook. In de strijd tussen de katholieken en protestanten, die zo'n belangrijke rol hadden gespeeld bij het uitbreken van de Nederlandse Opstand, kiest hij geen partij.
Als u opmerkingen of aanvullingen hebt op de tekst hierboven, of mee wilt helpen met het aanvullen van de site, kun u deze hieronder vermelden. Uw e-mail adres wordt alleen maar gebruikt om eventueel op uw opmerkingen te reageren. Foto's kun u ook zenden naar info@amsterdamsegrachtenhuizen.info.