Het eerste huis van Michiel Haeck hing in 1631 de Benaude Werelt uit en in 1661 De Witte Hoet bij de hoedemaker De Wilde.
Zeer waarschijnlijk is dit koopmanshuis in het midden van de 18de eeuw gebouwd, toen Jacobus Vennekoop[†27.7.1742] er eigenaar van was. Het is nu nog zoals het nu nog ongeveer is.
Het huis heeft een 4,92 m. brede gevel met rechte kroonlijst waaronder vier consoles en een bepleisterde gevel.
Boven de lijst de pui van het dak met de hijsbalk.
In 1941 is er een artiestenpension in gevestigd; bij een felle brand is op 20 maart de zolder en de vierde verdieping een prooi der vlammen.
In 1961 is het huis mét de percelen Reestraat 2 en 4 door de N.V. Codeco Industrie-en Handelsmij voor f 124.600 verkocht aan de NV Amsterdamsche Mij tot Stadsherstel, die 341 op dezelfde dag voor f 46.896 heeft doorverkocht aan de NV Handel Mij Frans Claushuis die het in de jaren 1961-1963 gerestaureerd heeft.
In 1963 is de restauratie van het huis voltooid, waarna in 1964 in de toegangshal van het souterrain een gevelsteen geplaatst is, voorstellend de verspieders Jozua en Kaleb, terugkerend van het Land van Belofte (Numeri 13 :23), afkomstig van de binnenplaats van het perceel Egelantiersstraat 124.
Balustrade op het dak en de stoep zijn verdwenen.
Als u opmerkingen of aanvullingen hebt op de tekst hierboven, wilt u dan ook het huisnummer erbij vermelden.
Uw e-mail adres wordt alleen maar gebruikt om eventueel op uw opmerkingen te reageren.
Foto's of andere informatie vande panden kun u ook zenden naar info@amsterdamsegrachtenhuizen.info.