Herengracht 260 - 266

< 268 Herengracht          Panorama         Herengracht 258 >

Herengracht 262 cp

Tekening Caspar Philips

Herengracht 262 oud


Gebouwd            1620
Architect               -
Opdrachtgever     verm. Pieter Symonsz van der Schelling
Afgebroken         1917 
 

Herengracht 260-264

Op deze kaart is goed te zien dat Herengracht 260 en 262 geen tuin hebben. Een deel uit een Loman Buurtkaart KK van 1866-1882, Stadsarchief Amsterdam

Het oorspronkelijke huis Herengracht 262

Voor het ontstaan van dit huis, dat Pieter Simonsz van der Schellingh[1578-1624) rond 1618 heeft laten bouwen op de kleinste helft van het hem toebehorende stadserf 17 in park D, op de andere helft staat Herengracht 260. Het van een trapgevel voorziene huis wordt in 1619 bewoond door Melchior van Dortmont (Will. Verk. 6, 17). Na de dood van Van der Schellingh gaat het huis naar zijn weduwe Maria Pietersdr Coll op Herengracht 266 en daarna op hun dochter Dieuwertje van der Schellingh [1609-1665]. Dieuwertje is getrouwd met de koopman Jurriaen van Lutsen [1601-1644]. Zij verkopen het huis in 1638 aan Sara Pels, weduwe van de koopman Abraham Claesz (Krapels) uit Aken, die er in gaat wonen. Na haar dood vererft het huis op haar kinderen Maria en Anthony Claessen. Hun erfgenamen zijn de kinderen van Maria, uit haar in 1655 gesloten huwelijk met Gersom van de Capelle uit Leiden. Die kinderen zijn: Maria van de Capelle, zij is getrouwd met Pieter Voordaagh, en Anna van de Capelle, zij is getrouwd met Abraham van Nieubergen. Zij verkopen het huis in 1676 aan de kleermaker Roelof ten Sande, die het nalaat aan zijn dochter Maria ten Sande.

 

Zij verkoopt het in 1727 voor f 13.400,- als weduwe van ds. Johannes van Duuren aan Catharina Maria de Surmont [1656-1743] weduwe van mr. Joan Gilles, eigenares en bewoonster van Herengracht 250 en tevens eigenares van Herengracht 264. Zij verhuurt dit huis aan: van 1739 tot 1742 is het de juwelier Johan Daniel Bergman, die f 500,- huur per jaar betaalt; 1739 woont er tevens de medicus dr. Ernestus Sligting. Na de dood van Catharina vallen dit huis en het buurhuis Herengracht 264 toe aan haar ongetrouwde dochter Johanna Maria Gilles. Johanna laat de panden in 1757 na aan mr. Jacob Louis Gilles en mr. Jean Philippe Gilles, zoons van haar broer Philippe Jean Gilles, wonend op Herengracht 264. Sinds 1765 is de koopman en reder Jan van Vollenhoven [1703-1784] van Herengracht 489 de eigenaar van dit huis, Herengracht 262, en het naastliggende 264. Bewoners van dit huis zijn: in 1757 Jan François Crosé en van 1780-1781 de lutherse makelaar Gerrit Ermelingh, die in 1764 getrouwd is met Willemina Alida Bruining (bij haar huwelijk wonend op de Herengracht) en die dan naar Herengracht 33I verhuist. Na de dood van Jan van Vollenhoven vererf het huis op zijn ongetrouwde zoon Willem van Vollenhoven[1740-1789] en daarna op zijn neef Willem Philips Kops[1755-1805], een zoon van de zuster van Willem van Vollenhoven, Catharina [1728-1790] en Willem Kops [1724-1776].

 

Na 1800

Willem Philip Kops[1755-1805] bewoont het pand ongeveer vanaf 1790 tot zijn overlijden en dan gaat het naar zijn weduwe Cornelia de Wolff[1763-1820] en haar kinderen. Dat zijn Cornelia[1783-1840], die getrouwd is in 1800 met Jan Willink Jansz [1778- 1827], Anna Johanna [1785-1825], die in 1809 getrouwd is met jhr. mr. Jan Pieter Teding van Berkhout [1786-1856], en Margaretha Cornelia Kops [1788-1825], zie Herengracht 533, die in 1810 is getrouwd met de koopman Pieter van Lennep[ 1780-1850], zie Herengracht 470 en nr. 533. Zij verkopen het huis in 1811 voor f 4.210,- aan de makelaar Jan Jacobus Arends, die het ongeveer vanaf 1815 tot 1819 heeft bewoond met zijn moeder, de weduwe van Jacobus Arends. In 1843 komt het huis bij boedelscheiding aan zijn dochter Theodora Jeanette Arends die getrouwd is met J.D. Grube en op de Buitenkant woont. Zij verkoopt het huis in 1844 voor f 5.000,- aan de makelaar en metselaar Johannes Eeckhoff, die er al in 1837 in woont en er in 1866 nog steeds in woont. In 1869 wordt het huis voor f 13.000,- gekocht door Anna Aleida Stoop [1812-1885] weduwe van Arnoud Jan de Beaufort[1799-1866], lid van de Provinciale Staten (1). Bewoners van het huis zijn : 1870-1875 M. A. J. Wouters en 1890-1898 de agent in manufacturen B. C. Tepe; rond 1890 heeft er ook de timmerman J. G. Andriesse zijn werkplaats, dat later naar Herengracht 362 gaat. In 1889 wordt het pand bij boedelscheiding eigendom van de zoon van Anna Aleida Stoop, mr. Willem Hendrik de Beaufort [1845-1918] lid van de Tweede Kamer, minister van buitenlandse zaken 1897-1901 en getrouwd in 1873 met Adele Maria van Eeghen[1852-1913].

Rond 1900 woont er hun zoon Alexander Christiaan de Beaufort[*1882], med. kand., die zich later in Cannes vestigt. In 1917 wordt het sinds lang niet meer in de zeventiende-eeuwse vorm verkerende huis met Herengracht 266 voor f 40.190,- verkocht aan de Nederlandsche Lloyd, die het in hetzelfde jaar laat slopen.

 

  1. over de merkwaardige carrière van de vader van de schatrijke Anna Aleida Stoop, Jaarboek Amstelodamum, LI (1959 ), p. 135

 

bron: o.a. I.H. van Eeghen, G. Roosegaarde Bisschop, H.F. Wijnman. Vier eeuwen Herengracht, 1976.

Herengracht 258 - 568 cp ph

Herengracht 258 - 568, boven een foto van voor 1917 van het Koninklijk Oudheidkundig Genootschap en de tekening uit het grachtenboek uit 1764

Hebt u aanvullingen of wilt u meedoen?

Als u opmerkingen of aanvullingen hebt op de tekst hierboven, wilt u dan ook het huisnummer erbij vermelden.

Uw e-mail adres wordt alleen maar gebruikt om eventueel op uw opmerkingen te reageren.

 

Foto's of andere informatie vande  panden kun u ook zenden naar info@amsterdamsegrachtenhuizen.info.