Herengracht 527 De Vergulde Turkse Keyser

<- 519-525 Herengracht               Panorama             Herengracht 529 ->

Herengracht 527

Herengracht 527

Herengracht 527, Tekening Caspar Philips

Tekening Caspar Philips

Herengracht 527


Gebouwd           1667-1670
Architect            -
Opdrachtgever    Anetie Robijns, wed. van Matthias Croesens
Monument         Rijksmonument

1853 : X 389     (huisnummer 1853-1875)

1808 : 58 4633  (verpondingsnummer)

1796 : 58 53     (kleinnummer)

1732 : 58 4406  (verpondingsnummer)

Kadast: I 822  (kadaster oud)

 

 

Herengracht 527, voordeur

Voordeur

Het dubbelhuis Herengracht 527 is, tezamen met nog enkele panden, namelijk de links gelegen panden 519 tot en met 525, in 1667 gebouwd voor de weduwe Anna Robijns (1598-

1667] uit Antwerpen. Zij is de weduwe van de vóór 1660 overleden selfmade zijdereder Mattheus Groesens de Oude uit Dendermonde. Zij zelf woont dan aan het Rokin waar ze een zijdelakenwinkel heeft. Van dit dubbelhuis, ‘Vergulde Turkse Keyser’ geheten, is de plattegrond, de kap en het fronton deels in oorspronkelijke staat bewaard gebleven.

 

Met Tsaar Peter de Grote als logé

In 1716 wordt Jacob Jacobsz Hinlopen de eigenaar van het huis, inclusief stal en koetshuis aan de Reguliersdwarsstraat, als ook van het naastgelegen Herengracht 529, bezwaard met een Fideï-commis. Hinlopen zelf woont dan in Utrecht en verhuurt Herengracht 527 aan de Russische koopman en zaakgelastigde Joseph Soloffihoff. Hem valt de twijfelachtige eer ten deel om gastvrijheid te verlenen aan tsaar Peter de Grote met zijn gevolg als deze in 1717 een tweede bezoek aan Holland brengt. Soloffihoff wordt verordonneert om zijn huis ten behoeve van de tsaar geheel te ontruimen.

Bij zijn vertrek laat de tsaar het huis in wanorde achter. De eigenaar, Hinlopen, richt in 1724 een verzoek tot de Staten van Holland - het pand is inmiddels tot onvervreembaar familiegoed verklaard - om het perceel te mogen verkopen. Daarin verklaart hij dat zijn pand door het vorstelijk bezoek dermate beschadigd en ‘ontramponeert’ was,  dat hem dat duizenden guldens aan herstelwerkzaamheden gaat kosten.

 

Met Soloffihof is het, ondanks de (gedwongen) verleende gastvrijheid aan de Tsaar, slecht afgelopen, hij is door Rusland van corruptie beschuldigd en als gevangene naar zijn vaderland teruggestuurd. Hoe het hem daar vergaan is, valt slechts te gissen.

Het verzoek van Hinlopen tot verkoop werd gehonoreerd waarna de koopman en bankier Jan Bernd Bicker zich in 1725 de nieuwe eigenaar kan noemen. Hij blijft er wonen tot zijn dood op 1 november 1750. Enkele dagen later wordt hij tijdens een deftige avondplechtigheid in doodse stilte begraven, want het dan laten luiden van de klokken voor een overledenen is in Amsterdam alleen bij de rooms-katholieken in gebruik gebleven.

Maar niet in ’s Graveland waar Bicker de buitenplaats Schapenburg bezit, daar worden gedurende zes weken drie uur lang per dag de klokken voor Bicker geluid. Zijn weduwe die het huis aan de Herengracht tot haar dood in 1792 blijft bewonen, betaalt voor 126 uur luiden 12 stuivers per uur.

 

 

Herengracht 527, fronton

Fronton met een adelaar met wijd uitgespreide vleugels

Vebouwing naar huidige staat

Ergens in de tweede helft van de achttiende eeuw wordt Herengracht 527 verbouwd in Lodewijk XVI-stijl. Mogelijk door Jacob Otten Husly, die ook het Felix Merites heeft gebouwd. Merkwaardig is dat het huis niet in de verpondingregisters van 1760 tot 1772 voorkomt, terwijl het wel in verbouwde toestand reeds voorkomt in het Grachtenboek van Caspar Philips uit 1771, de tekening die boven ook staat. Als de verbouwing vóór 1760 heeft plaats gevonden, is Herengracht 527 een van de eerste huizen in Nederland zijn die in Lodewijk XVI-stijl is opgetrokken. Omdat de nieuwe stijl pas na 1770 algemene ingang vindt, is het waarschijnlijker dat het pand rond die tijd is verbouwd, maar zonder verhoogd te worden waardoor is er geen wijziging in de verponding optreed.

De Lodewijk XVI-stijl markeerde het einde van de voorgaande Lodewijkstijlen die worden gekenmerkt door zwierige kuiven en rijk geornamenteerde middenassen. Herengracht 527 vertoont daarentegen een strakke gelaagde zandstenen gevel. Ze is horizontaal in twee vrijwel gelijke gevelvlakken opgedeeld; waarbinnen respectievelijk souterrain en eerste verdieping, en de twee bovenverdiepingen een eenheid vormen. De bovenverdiepingen in het middenrisaliet worden onderling verbonden door gecanneleerde Ionische pilasters en vormen tezamen een aan het grachtenhuis aangepast tempelfront. Typerend voor de

Vensteromlijstingen, de ranke golfpatronen en de fijn bewerkte eierlijst in de borstwering tussen de bovenverdiepingen, en de door strikken bijeengehouden guirlandes in het fries. Het fronton bevat een adelaar met wijd uitgespreide vleugels.

In het interieur heeft de Lodewijk XVI-stijl een stempel gedrukt in de vorm van de fraaie wandbekleding en het beschilderde plafond in de grote zaal op de begane grond.

 

Het huis van koning Lodewijk

In 1808 wordt het huis met de stal voor 100.000 gulden gekocht door koning Lodewijk Napoleon waarna Philippus Julius van Zuylen van Nyevelt hier zijn intrek in neemt. Van Zuylen van Nyevelt is na de inlijving van het koninkrijk Holland bij Frankrijk, maarschalk van Holland, rijksgraaf en senator van Frankrijk. De gevel wordt eigentijds gemaakt door het aanbrengen van een frontale stoep en stoeppalen en van de empire roedenverdeling met grotere ruiten. Misschien heeft het huis, in 1811 ten tweede male een staatshoofd onderdak geboden, dit keer aan keizer Napoleon tijdens diens bezoek aan Amsterdam. In 1821

dagvaard de gewezen koning Lodewijk Napoleon tevergeefs het Bestuur der Domeinen te Amsterdam om zich in zijn eigendomsrecht te handhaven. In 1829 komt het huis in bezit van Johannes Luden, directeur van de Nederlandsche Bank. Het huis wordt aanvankelijk verhuurd aan David Jacob van Lennep die hier vanaf 1822 woont. Van Lennep is hoogleraar klassieke talen en geschiedenis aan het Athenaeum, en vader van de beroemde literator Jacob van Lennep. Een zoon van Luden verkoopt het pand in 1874 ‘per ongeluk’ aan de bankier G. Wehry. Een nazaat van Luden laat in het Maandblad Amstelodamum van 1963 weten dat in de familie in het kader van vroegere handels- en koopmansgewoonten, het verhaal de ronde deed dat Wehry, een zakenrelatie van Luden hem eens terloops vraagt of hij het huis wil verkopen. Luden antwoordt daarover niet te piekeren, waaraan hij even later achteloos toevoegde ‘nu ja, als iemand mij nu een ton bied’. Waarop de ander dit direct doet en Luden eraan vast zat. Hij had een prijs genoemd en die is aanvaard.

In 1936 wordt het pand gekocht door De incassobank NV op nr. 519-525. Deze verkoopt het pand in 1973 aan de Stichting 1940-1945. Momenteel is het pand weer als bankkantoor in gebruik.

 

Bron BMA, Vier eeuwen Herengracht, I.H. van Eeghen, G. Roosegaarde Bisschop

Hebt u aanvullingen of wilt u meedoen?

Als u opmerkingen of aanvullingen hebt op de tekst hierboven, wilt u dan ook het huisnummer erbij vermelden.

Uw e-mail adres wordt alleen maar gebruikt om eventueel op uw opmerkingen te reageren.

 

Foto's of andere informatie vande  panden kun u ook zenden naar info@amsterdamsegrachtenhuizen.info.