Na hun overlijden gaat het huis over op hun dochter Geertruida Maria Roest [1753- 1807], die sinds 1774 getrouwd is met Comelis Gerardus Josephus van Wijkerslooth van Grevenmachern [1749-1804] van Herengracht 565, lid van de raad 1803-1804 en aan wie in 1803 de titel van baron is verleend. Ook dit echtpaar heeft in het huis gewoond, evenals hun ongetrouwde zoon jhr. Hendricus Theodorus van Wijkerslooth van Grevenmachern [1780-1823] lid van de raad 1808-1823, aan wie het huis in 1808 is toegevallen. In 1810 is de huurwaarde gesteld op ƒ 2.600. Diens erfgenamen verkopen het gehele complex, dat 115 jaar lang in handen was geweest van katholieke eigenaars en dat mogelijk aan de Keizersgracht een schuilkerkje heeft gehad.
Het huis wordt in 1824 gekocht door mr. Jacobus Henricus van Reenen, heer van Kroonenburgh, Loenen en Nieuwersluis [1783-1845]. Hij is ook hoogleraar in de rechten aan het Atheneum, lid van de Eerste Kamer en lid van de raad, die het huis met zijn vrouw Louise van Vollenhoven [1790-1862] tot zijn dood heeft bewoond. Insinger wordt in 1846 voor ƒ 50.000,- eigenaar van het huis en Keizersgracht 475 - 479. De koopman Albrecht Frederik Insinger [1788-1872] is lid van de firma lnsinger & Co. in effecten. Hij is ook lid van de Eerste Kamer 1849-1859, raadslid 1824-1854, wethouder en waarnemend burgemeester van Amsterdam 1849-1851. Ook hij heeft met zijn vrouw Wilhelmina Jacoba Borski [1800-1894], dochter van de schatrijke Borski van Keizersgracht 566, in het huis gewoond. Na het overlijden van Insinger in 1873 wordt het huis toegewezen aan de weduwe. Zij koopt nog in 1884 een aangrenzend perceel Keizersgracht 473-479. De firma lnsinger & Co. blijft ook in het pand gevestigd tot de verkoop in 1896.
Als u opmerkingen of aanvullingen hebt op de tekst hierboven, wilt u dan ook het huisnummer erbij vermelden.
Uw e-mail adres wordt alleen maar gebruikt om eventueel op uw opmerkingen te reageren.
Foto's of andere informatie vande panden kun u ook zenden naar info@amsterdamsegrachtenhuizen.info.