De oudste geschiedenis begint in 1616. Op de stadsveiling van erven worden no. 16 en 17 gekocht door de houtkoper Gerrit Wiggertsz Duysentdaelders. Borg en medestander was de ijzerkramer Barent Evertsz Keteltas, met wie Duysentdaelders veel samenwerkte. Keteltas’ zaken gaan mis met als gevolg daarvan worden deze erven met nog een aantal andere, “eertijts gecoft bij Barent Evertsz Keteltas”, in 1619 opnieuw in veiling gebracht. Erf 17 is op 19 februari door de koper overgedaan aan Huybert Elbertsz, keurmeester, erf 16 wordt weer door Duysentdaelders gekocht, maar reeds op 18 januari 1619 overgedaan aan Gerrit Jansz, kramer. Het eerste was nu ƒ 250,-, het tweede ƒ 311,- hoger in prijs dan in 1616, en wel in totaal ƒ 1521,- en ƒ 1592,-. De twee kopers hebben al spoedig hun erf hebben bebouwd, want op de vogelvlucht van Balthasar Florisz ziet men hier een aaneengesloten rij huizen. Beide huizen, Keizersgracht 62 en 64, zijn dan verhuurd.
Het is een pilastergevel in overgangsvorm tussen Vingboons en een ingezwenkte halsgevel.
Het heeft doorgaande pilasters, festoenen op de vleugelstukken, siervazen op de hoekpilasters, een gebogen fronton, onderluiken (nog in 1770, nu verdwenen, en een stoep.
De voordeur is van omstreeks 1800.
In 1742 wordt het eigendom van en bewoond door Frans van Neck, oud - schipper van de O.I.C.
Het oorspronkelijk huis is waarschijnlijk omstreeks 1620 gebouwd door huijber Elbertsz Krieck, wiens zoon Elbert het 1658 aan bovengenoemde Neckevelt verkocht heeft:
Het huis 'daer De Harington in de gevel staet' en 'De Haringh uythangt'.
In het midden van de 18de eeuw wordt het De Star genoemd.
Als u opmerkingen of aanvullingen hebt op de tekst hierboven, wilt u dan ook het huisnummer erbij vermelden.
Uw e-mail adres wordt alleen maar gebruikt om eventueel op uw opmerkingen te reageren.
Foto's of andere informatie vande panden kun u ook zenden naar info@amsterdamsegrachtenhuizen.info.