Herengracht 370

364, 366, 368 en 370

In 1614 zijn hier twee bouwerven gekocht door Hendrik Cromhout en twee door Pieter Garet.

Pas in 1662 laat de rijke koopman Jacob Cromhout deze vier koopmanshuizen bouwen door Philip Vingboons.

Het zijn vier met zandsteen beklede gevels, elk met een lichtelijk vooruitspringende middentravee en met festoenen en wapenschilden versierde vleugelstukken aan weerskanten van de met een driehoekig fronton bekroonde top, festoenen langs het topvenster en het hijsbalkgat.

Ook een festoen onder de vensters van de bovenverdieping en driehoekige frontons boven de benedenvensters. Omlijste ovale lichten in de toppen - bij 366 verdwenen - en een stoep - bij 364 verdwenen wegens de samenvoeging met 362- .

De breedte van de panden bedraagt resp. 8,58, 8,46, 5,73 en 5,81 m.

Cromhout woonde zelf op nr 366 dat achterom 368 is gebouwd en waar Cromhout in de gevels staat.

Verder is er bij 364 een gevelsteen met Dorreboom en de twee andere met 1662.

Boven de achtergevel van 364 bevindt zich het familiewapen van Wassenaar - Poppen en bij 366 en 368 het alliantiewapen van Cromhout - Wuijtiers, in zandsteen.

364 is na omstreeks 1740 eigendom van en wordt bewoond door Pieter van Borsselen, koopman. 366 is na Cromhout in1742 bij G. Ant. Baron van Wassenaar, in 1765 Wassenaar d'Alkemade en sedert 1890 bij het Nederlands bijbelgenootschap.

368 is in 1734 van Jan Baptista de Surmond.

370 is in 1692 van Barth Cromhout en in 1742 van J. Trip, commissaris en in 1758 van Daniel Hooft, secretaris.

366 heeft een empire snijraam met achterraam en tussen 364 en 366 beindt zich een arm voor een hanglantaarn uit begin 19de eeuw.

18de-eeuwse mangaanruiten boven in de gevel van 366, 368 en 370 (± 24 x 30 cm), enige in de beletage van 366 (60 x 75 cm) en kleinere (± 22 x 28 cm) boven in 368 en 370.